Monthly Archives: oktober 2020

wo 11.11.2020 'live streaming: De toevallige Ontmoeting van Donny Dostoyevsky en Kelly Ned op het Ziekbed van Mary Mallon op 11 November // 33 vrouwenreeksen ',  Danny Devos, Anne-Mie Van Kerckhoven, 16:00 — 17:00
Prev
Next

Voor één keer is Salon blanc een virtuele plek tussen dwaling en ontdekking, tussen AMVK en DDV, Anne-Mie Van Kerckhoven (°1951, Antwerpen) en Danny Devos (°1959, Vilvoorde). Ze werken met verschillende invalshoeken, duiken bedachtzaam en scherp in persoonlijke thema’s en schuwen de maatschappelijke reflecties niet. Installaties, filmbeelden, tekeningen zijn beeldende aanleidingen om het over moraal, representatie, taal te hebben. En ook over macht of geweld. En over het mannelijke en het vrouwelijke. Vrouw en man. X en Y en Z.

33 vrouwenreeksen

Ik wilde de maquettes tonen van mijn boek-project “33 vrouwenreeksen”. 

Het zijn vier A3 werk-boeken, liggend formaat, geprint op mijn computer, met plastic Atoma-rondjes gebonden. Dat is gemakkelijk om dingen toe te voegen en weg te halen. De vrouwenreeksen en hun uitleg werden op A3 geprint, op A4 staan al mijn teksten uit de periode van de tot stand koming van elke vrouwenreeks, alle tekstwerken die ermee te maken hebben. We zijn in mijn bureau nu volop bezig met schiften en opzoeken van originelen. Een vijfde boek is een teaser, ook op A3, liggend, die door mijn stagiaire Sean Tay is afgemaakt begin dit jaar. Het hele project startte al in 2015.

Ik wilde die vijf boeken daar leggen ter inzage en desgewenst uitleg geven aan wie iets vraagt.

Toen Salon Blanc me vroeg een van hun dagen te organiseren nodigde ik Danny Devos uit, die voorstelde een speciaal werk te maken voor die dag en plaats. Ik koos ervoor mijn ontwerp-boeken te tonen omdat dit het werk is waar ik op dit moment mee bezig ben. 

Voorjaar 1981, de periode waarin Danny en ik Club Moral oprichtten, heb ik mijn eerste werk met vrouwenreeksen gemaakt. De laatste reeks werd afgesloten wanneer ik mijn eerste retrospectieve tentoonstelling aan het voorbereiden was. 

33

Mei 1981, Kleine Ausstellungraum in Künstlerhaus Hamburg: ik was 29 jaar en zette voor de eerste keer een set vrouwen in om een plastisch, esthetisch-theoretisch traktaat te maken. Het was onder de vorm van een installatie die reikte van het plafond, langs de muur, tot op de grond, uitwaaierend. Ik stelde in vijf rijen vijf begrippen en hun onderlinge verhoudingen voor. De titel van de installatie: Stress = (Proviand + Politik) x (Jugend + Poison). Er was een informatieblad beschikbaar waarop o.a. de vijf rijen van werken werden opgelijst in kernwoorden. Ik presenteer erin de installatie als een programma dat de hersenen bestormt, een veld van informatie en associatie, een manier om de realiteit los te koppelen van de plaats waarop uw geest zich nu bevindt.

Tussen 1981 en 2015 heb ik 33 reeksen met vrouwenafbeeldingen gemaakt. Daarvoor gebruikte ik gedrukte beelden uit erotische pulp magazines tot aan de seksuele revolutie. Later kwamen daar beelden bij uit actuele tijdschriften en uit geschiedenisboeken. 

De vrouwen en hun poses die mij inspireerden, herwerkte ik elke keer volgens een ander systeem. 

Terwijl ik aan een bepaalde serie werkte, filterden zich onderliggende codes uit. Spelenderwijs kwamen logische verbanden aan het licht. Door beelden te koppelen aan abstracte begrippen uit andere domeinen dan de kunst kon ik – ongestoord door kunsthistorische dogma’s – hedendaagse inhoud aan de reeksen geven. Een inhoud die dus het resultaat was van mijn samenspel tussen plastisch en ideologisch materiaal en een gekozen techniek. Eens de mogelijkheden uitgeprobeerd, kwam die bepaalde reeks vanzelf tot stilstand. Elk probleem heeft zijn eigen limieten qua tijd en oplossingen. Het einde van zo’n cyclus bestond vrijwel altijd uit het meest perfecte werk of het meest positieve statement van de reeks. 

In 2015, 34 jaar na de eerste reeks van vrouwen en theorieën, maakte ik de laatste vrouwenreeks met de titel Ruis en Raster. Van april tot eind juli 2015 was ik bezig aan 5 kleinere tekeningen/collages op lieflijk pastelpapier. Ik gebruikte kleurpotlood en pastel, en bic-te ronddraaiende kinderrasters als orbs in de ruimte. Ik kleefde er plastic gezichtsversierinkjes voor kleine meisjes op. Als constante ben ik op elk blad begonnen met een sjabloon voor kamerwandversiering. Op de eerste twee werkjes staat heel veel tekst, de figuren zijn pin-ups. Op andere tekende ik afbeeldingen ontleend aan klassieke schilderijen. Op de laatste word ik door engelen weg gedragen, vanop de schoot van kunstenaar Hugo Roelandt, mijn vriend-mentor die toen in juli stierf. Deze serie van 5 gaat over theorievorming en statement, cultuur als moderne anesthesie. Anesthesie voor het besef dat het leven een massaorganisatie is, die taal en symbolen als geheugen plannende machines inzet. Zowel om het bestaande in stand te houden als om het nieuwe uit te proberen.

Dit telkens naar het nieuwe zoeken wordt in de neurowetenschap novelty seeking genoemd. Het schijnt verslavend te zijn.

(Anne-Mie Van Kerckhoven)